14 oktober 2020

Niet lullen maar poetsen: een Rotterdamse kijk op de arbeidsmarkt.

Met een scholingsfonds Rotterdammers blijvend weerbaar maken op de arbeidsmarkt

Marianne Kock

In 2018 had Rotterdam 38.000 werklozen en was 1 op de 8 gezinnen afhankelijk van een werkloosheidsuitkering. Met een gerichte en positieve aanpak wist wethouder Richard Moti flink wat mensen aan het werk te krijgen. Maar toen kwam corona.

Hoe was de situatie voordat je in 2018 wethouder werd?

‘Ondanks dat de economie sinds 2013 weer aan het groeien was, bleef het aantal uitkeringsgerechtigden in Rotterdam toch groeien. Het vorige college van B&W koos voor een hele harde en strenge aanpak waarin mensen gedwongen moesten werken als ze geen baan vonden. Deze verplichte tegenprestatie kwam er in de praktijk op neer dat iedere bijstandsgerechtigde 16 weken verplicht papier moest prikken. Een omstreden maatregel, waarover de Rotterdamse ombudsman terecht zei dat die vernederend was. En bovendien volkomen onzinnig. Er kwamen alleen maar meer mensen in de bijstand terecht en de uitstroom was matig.’

Wat doen jullie anders?

‘We hebben het papier prikken direct afgeschaft. Daarmee wilden we de Rotterdammers duidelijk maken dat we voor een hele andere benadering kozen. Niet meer de vernedering en de dwang, maar de menselijke maat staat centraal. We hebben vol ingezet op een vriendelijke bejegening van de uitkeringsgerechtigden en proberen met maatwerk mensen echt verder te helpen.’

En lukte dat?

‘Ja, de nieuwe aanpak werkte. Begin dit jaar lagen we prima op koers en was het aantal uitkeringsgerechtigden al flink gedaald. Net voor corona ontvingen 33.500 mensen nog een uitkering. Met andere woorden: sinds 2018 hebben we ruim 4.500 Rotterdammers weer aan werk geholpen. Als je bedenkt dat vaak hele gezinnen van zo’n uitkering afhankelijk zijn, was dat gewoon heel mooi nieuws.’

Maar toen kwam corona. Hoe zijn jullie daar mee omgegaan?

‘We zijn meteen in actie gekomen en hebben ons beleid aangepast. De menselijke maat blijft centraal staan, maar we zetten nu vol in op scholing en hebben een scholingsfonds in het leven geroepen.’

Waarom is zo’n scholingsfonds nodig?

‘Van alle werkzoekenden (situatie voor corona, red.) had twee derde hoogstens een vmbo-diploma. Dan heb je het dus over 22.000 mensen zonder startkwalificatie. Die groep is vaak enorm kwetsbaar op de arbeidsmarkt en gaat van tijdelijk contract naar uitkering en weer terug. Er is echt sprake van draaideurwerkloosheid. Om die negatieve spiraal te doorbreken willen we mensen duurzaam aan het werk helpen. Dat doe je door ze op te leiden voor kansrijke sectoren.’

Aan welke sectoren moet je dan denken? 

‘In Rotterdam hebben we het dan vooral over de logistiek en de ict. In de logistiek is er veel vraag naar gecertificeerde heftruckchauffeurs en veel mkb-bedrijven zijn op zoek naar ict’ers. Alleen zijn die nu nauwelijks te vinden. Met het scholingsfonds hopen we genoeg mensen op te leiden om aan de vraag te kunnen voldoen.’

Hoe ziet het scholingsfonds eruit?

‘Het is eigenlijk best simpel. We hanteren als criterium dat de opleiding de kansen op de arbeidsmarkt vergroot en werkzoekenden kunnen een scholingsvoucher krijgen voor maximaal € 2.500 per jaar. En dat niet alleen: ook mensen met een baan en een opleidingsniveau tot en met mbo-niveau 4 kunnen voor het scholingsfonds in aanmerking komen. Wat ik daarbij heel mooi vind, is dat je ziet dat de ROC’s en Opleidings- en Ontwikkelingsfondsen van de sectoren financieel willen bijdragen om zo het scholingsfonds te versterken en dat de ROC’s korting geven op hun opleidingen. We doen het als gemeente dus niet alleen.’

Zijn jullie al begonnen?

‘Ja, het scholingsfonds bestaat nu anderhalve week: de aanvragen stromen binnen en we hebben de eerste vouchers al uitgereikt. Zo ging de eerste voucher naar een vrouw die lang in de zorg heeft gewerkt. Met het halen van een certificaat voor bloedprikken is de kans dat ze weer blijvend aan de slag kan enorm gegroeid. Zo’n eenmalige investering van € 1000 door de gemeente betaalt zich uiteindelijk dubbel en dwars terug.’

Daarnaast hebben jullie een loopbaanwinkel in het leven geroepen. Waarom?

‘Ook hier is een leven lang ontwikkelen en leren het doel. We hadden de loopbaanwinkel al bedacht, maar de opening is door corona in een stroomversnelling gekomen. Iedere werkzoekende en werkende Rotterdammer kan nu gratis een loopbaantest maken en daarover met een professional in gesprek gaan. Voorlopig kan dat loopbaanadvies alleen nog digitaal, maar over iets meer dan een maand openen we twee locaties waar je zo binnen kan lopen.’

Jullie aanpak staat mijlenver af van de strenge en vernederende tegenprestatie. Denk je dat er ook elders verandering mogelijk is?

‘Zeker! Maak gebruik van deze chaotische periode om de menselijke maat terug in het beleid te brengen en uitkeringsgerechtigden vriendelijk te benaderen. Dat is nu nog lang niet overal het geval, maar ik heb echt het idee, dat er steeds meer politiek en maatschappelijk draagvlak voor onze sociaal-democratische benadering komt.

Dat het draagvlak toeneemt, betekent niet dat het makkelijk is om verandering te bewerkstelligen. Door de crisis kunnen we niet jaren nadenken, maar moeten we nu handelen. De neiging van met name beleidsambtenaren is toch om eerst nog even te praten en onderzoek te doen. Ze wilden het scholingsfonds pas per 1 januari invoeren. Veel te laat natuurlijk. Ik heb dus echt wel met mijn vuisten op tafel moeten slaan, maar uiteindelijk lukt het dan toch. Iedereen ziet dat investeren in scholing loont. Voor de werkzoekende, de arbeidsmarkt als geheel en uiteindelijk ook voor de stad Rotterdam.’

 

Centrum voor Lokaal Bestuur